donderdag 10 januari 2013

Aanzichten

Boven-, voor- en zijaanzicht

 
We leven in een ruimtelijke wereld. Bijna niets is plat. Maar als je een ruimtelijk figuur tekent of op de foto zet, kan het lijken dat het wel zo is. Om de ruimtelijk dan weer te kunnen zien, heb je verschillende aanzichten nodig.
Om een goed beeld van een ruimtelijke figuur te krijgen, kijk je er van verschillende kanten naar. Je stelt je daarbij voor dat de hele figuur in een doorzichtige balk past. Op de voorkant van de balk teken je wat je van die kant ziet: het vooraanzicht. Op de bovenkant komt het bovenaanzicht. Op de zijkant komt het zijaanzicht.

Als je deze drie aanzichten zo in één figuur zet, dat je die balk weer kunt vouwen, spreek je van een drieaanzicht van de figuur.

Kubussen

Verschillende aanzichten van kubussen
Hier zie je drie aanzichten van een stapel kubussen. Om volledig te zijn zie je in het bovenaanzicht hoeveel kubussen er op elkaar liggen. Eigenlijk zijn dan het vooraanzicht en het zijaanzicht overbodig geworden. Maar als je niet in één van de aanzichten aangeeft hoeveel kubussen er boven elkaar of achter elkaar of naast elkaar liggen, heb je aan de aanzichten alleen niet genoeg om de kubusstapel te bouwen. Er zijn dan meerdere mogelijkheden.

Architectuur



 
Ook architecten werken met aanzichten. Hiernaast zie je een voorbeeld van verschillende aanzichten van een huis.

Meten in aanzichten

Als je van het vogelhokje bovenaan de pagina de afmetingen van het dak wilt bepalen moet je in het juiste aanzicht meten. Kijk maar naar het plaatje.

Puzzel



 
Hier zie je een vooraanzicht en een zijaanzicht van een stapel kubussen.
Het bovenaanzicht ontbreekt. Hoeveel kubussen heb je hier minstens voor nodig? En hoeveel passen er hoogstens in? Als antwoord kun je het beste een bovenaanzicht tekenen met het aantal op elkaar gestapelde kubussen er in.
Bron: Math4all

Geen opmerkingen:

Een reactie posten